De maker van een origineel werk is de auteur. Het is diegene die het auteursrecht kan uitoefenen. Daarbij vallen meteen een paar belangrijke kanttekeningen te maken.
1. Natuurlijk persoon
Een eerste belangrijk punt is dat naar Belgisch recht, een auteur steeds een natuurlijke persoon is, met name de natuurlijke persoon die de auteursrechtelijke creatie daadwerkelijk tot stand bracht.
Rechtspersonen, zoals verenigingen zonder winstoogmerk of vennootschappen kunnen dus in geen geval oorspronkelijke auteurs zijn van een werk. Via een contract kunnen ze evenwel bepaalde rechten verkrijgen van de auteur-natuurlijke persoon.
2. Weerlegbaar vermoeden
Ten tweede creëert artikel XI. 170 lid 2 van het Wetboek van economisch recht een weerlegbaar vermoeden dat diegene wiens naam of initialen op het werk vermeld staat, de auteur is.
Bij gebruik van een pseudoniem of bij anonieme werken wordt de uitgever vermoed de auteur te zijn tot bewijs van het tegendeel. Van zodra de auteur zich kenbaar maakt, wordt het auteursrecht door hem of haar uitgeoefend.
3. Hoedanigheid
Ten derde hangt de uitoefening van het auteursrecht samen met de hoedanigheidwaarin de auteur het werk gecreëerd heeft:
Op eigen initiatief
Jij hebt als auteur over het werk dat je op eigen initiatief creëert alle rechten — dus zowel de morele als de vermogensrechten.
Via een licentie kan je anderen gebruiksrecht geven, al dan niet voor een vergoeding. Je hebt ook de mogelijkheid om je vermogensrechten volledig over te dragen aan een andere partij, die er dan eigenaar van wordt.
Als werknemer
Wanneer je als werknemer een bepaalde creatie maakt, blijft de basisregel gelden dat jij, als natuurlijke persoon die het werk gecreëerd heeft, het auteursrecht behoudt.
Daar kan schriftelijk van afgeweken worden in een arbeidscontract of in een afzonderlijke overeenkomst.
In opdracht als freelancer of onderaannemer
Een opdracht uitgevoerd als freelancer of in onderaanneming? Opnieuw geldt dat jij als auteur, bij gebrek aan expliciete overeenkomst, in principe alle rechten behoudt.
In tegenstelling tot andere landen past men in België (en andere Europese landen) niet het principe toe van ‘work made for hire’ . Volgens dat principe wordt de opdrachtgever verondersteld de eigenaar te zijn van het werk en alle intellectuele eigendomsrechten die erop rusten. Dit geldt dus NIET in België.
Als opdrachtgever of werkgever heb je dus niet zomaar het recht om de originele werken te gebruiken die in jouw opdracht zijn gemaakt. De toekenning van de auteursrechten moet altijd schriftelijk gebeuren.
Het is een basisprincipe van het auteursrecht dat het belang van de auteur voorop staat.
Goeie afspraken, goeie vrienden
In de praktijk is het dus wenselijk zijn om afspraken hieromtrent vast te leggen. Dat kan in de offerte, de algemene voorwaarden of in een aparte overeenkomst.
Elke afspraak met een auteur over diens rechten moet in een geschreven contract opgenomen worden. Vaak zien partijen goede afspraken omtrent de overdracht van rechten over het hoofd met alle risico’s van dien.
In het geval van meerdere auteurs (zgn. ‘co-auteurschap’) delen de auteurs de auteursrechten op het werk.